dinsdag 25 december 2018

Enescu

Het verhaal van Oedipous is al zoveel eeuwen oud en toch inspireert het nog altijd. Deze mythe is het onderwerp van de enige opera van Enescu, de Roemeen die tot mijn verrassing door kenners op gelijke hoogte met Mozart wordt gesteld. Dat is nogal wat. Maar in het blad van de Nationale Opera lees ik dat kleine Georg inderdaad als vijfjarige al muziek las, speelde en schreef. Op zijn zevende ging hij naar het conservatorium, op zijn 13e eraf, was een virtuoos vioolspeler en dirigent. Daarnaast componeerde hij allerlei, en als het zo uitkwam zong hij ook nog. Een huzarenstuk vond ik dat de Wotan van een Wagneruitvoering eens ziek was; nou, dan zong de dirigent die toch zelf. En foutloos, natuurlijk. Ja, tijdens het dirigeren. Van deze reus kregen wij vandaag de Oedipe te horen, zijn enige opera.
Er waren kosten noch moeite gespaard om deze technisch moeilijke muziek (met kwarttonen o.a.) van een overdonderende regie te voorzien. Het stuk had als zodanig al in een paar huizen gedraaid. Hierna gaat het naar Finland.

Het verhaal is bekend: Oedipous is gedoemd om zijn vader te doden en zijn moeder te huwen, en daarmee twee grote zonden tegen de goden en mensen te begaan. (Nieuw voor mij was, dat deze vloek in feite op Laios was gelegd, mogelijk wegens het schenden van de regels van gastvrijheid in de Peloponnesos; de vloek zou geen effect hebben als hij kinderloos bleef. Maar in een dronken bui is dan toch Oedipous verwekt. Heb ik op Wiki opgezocht.) En het orakel kwam uit, Oedipous stak zijn eigen ogen uit, zwerft met incestdochter Antigone rond tot zijn sterfdag, als de Erinyen in hun vergevende alter ego's zijn overgegaan.
De Sfinx wordt toegejuicht
In vier aktes beschrijft Enescu deze gang. Een hoogtepunt voor mij was de ontmoeting op de driesprong, waar de halfdronken Oedipous zijn echte vader treft, die daar in een staatsie-auto komt aanzetten. Vader Laois behandelt hem uit de hoogte en moet dat met de dood bekopen. Een ander hoogtepunt, het hoogtepunt misschien wel, was de confrontatie met de Sfinx, verbeeld als een roodharige pilote in een gestrande Stuka. Zij geeft een ander raadsel op dan Sophokles, namelijk: wie of wat is sterker dan het lot. Gillend van de lach sterft ze, als Oedipous het antwoord geeft: de mens natuurlijk! Want klopt dat wel?

In de vierde akte laat Enescu de vraag beantwoorden met Ja! want Oedipous heeft door zijn boetedoening zichzelf gezuiverd, en klaagt nu op zijn beurt de goden aan. Hijzelf heeft niets verkeerd gedaan, de goden zelf hebben dit veroorzaakt. Toch kun je niet om de hoge prijs heen die het Lot van je verlangt, hoe groot de eigen zuiverheid aan het eind ook is.


maandag 24 december 2018

Leesarbeid

Morgen moet het boek 'Amerikanen lopen niet' terug naar Marjorie. Gelukkig konden we deze stralende dag vroeg genoeg op pad gaan om te wandelen en waren we weer op tijd terug om de aller-allerlaatste kerstboodschappen te doen en daarna wat leesarbeid te verrichten.
Op de bank gekropen las ik het boek door. Ik werd er niet vrolijk van, het bevestigde wel mijn al bestaande beeld van Amerikanen. Maar dat de ongelijkheid zó is ingebakken in het 'land of the free, home of the slaves' zoals een zwarte stadgenoot van schrijver Arjen van Veelen het volkslied parafraseerde, dat komt toch nog hard aan. Dat hun democratie geen democratisch stelsel is, dat had ik al begrepen. Maar die statistieken, over hoe verschillend zwart en blank worden behandeld, en hoe dat resulteert in hopeloze situaties waarin zwarten altijd verliezen, dat is treurig om te lezen. Je gaat je plaatsvervangend schamen als westerling. In de tijd dat Van Veelen in Saint Louis zat, kwam de beweging Black Lives Matter op gang. Die begrijp ik nu een stuk beter. Wat ben ik blij dat ik niet naar Amerika hoef.

zondag 23 december 2018

Laatste Kerst in Catharijne

Vanmorgen postte Wouter, de organist van de Sint-Catharina kathedraal dat dit gebouw waarschijnlijk verkocht gaat worden en dat het wordt afgestoten voor de katholieke eredienst. Dat betekent dan dat deze Kerst de laatste is die als zodanig daar zou worden gevierd. Daarom vond ik dat ik er vanmiddag heen moest. Eef had ook zin. Het was niet de echte kerstviering natuurlijk, maar de laatste adventszondag met vooral heel veel zang van de Kathedrale Koorschool en, het lokkertje, samenzang door de gemeente.
De kerk zat werkelijk stampvol, blijkbaar hadden meer mensen de boodschap opgepikt. Ik had nog nooit een uitvoering door de kindertjes van de KKS gehoord, dat werd echt tijd. Ze zongen prachtig, kinderstemmen, dat natuurlijk wel dus niet vol en rijp, maar heerlijk hoog en zuiver. De volwassen mannen die in het SATB koor de TB stemmen zongen, waren heel wat minder van niveau. Allen gekleed in wit met rode kraagjes, en ik zat te bedenken dat de oude Bach in zijn tijd ook dit niveau stemmen tot zijn beschikking moet hebben gehad. Wat sneu voor dat genie. Had hij ook maar eens een uitvoering van bijvoorbeeld Ton Koopmans kunnen horen. In deze kathedraal gaf het wel een verbonden gevoel met de meester.

De kindertjes van de KKS en de TB
Overigens zong het koor nauwelijks iets van Bach. Het waren vooral moderne teksten of gangbare liederen in de RK en PC traditie. Sommige stukken daarvan worden gewoontegetrouw in beide geloven gezongen; de overige hadden een melodie die op te pikken was als het koor was voorgegaan. En daar ging het dan, vol uit de longen, ademsteun eronder, galmen maar.

Al spraken de teksten me niet allemaal aan, het zingen ging met overtuiging. Gelukkig ook zonder hoesten. Je wordt er gewoon vrolijk van, dat zou je vaker moeten doen, dacht ik dan ook. Toch maar weer zangles?
Na afloop heb ik Wouter nog even aangeklampt, om te bedanken voor de tip, en wij spraken nog even met Mieke B, alt uit een ver verleden uit de Nederlandse Cantorij met dat andere genie maar helaas slavendrijver, Maarten Kooij zaliger. Was leuk om daar even wat herinneringen over op te halen.

zaterdag 22 december 2018

Uitbuiken

De dag na een etentje mag je even uitbuiken. Dat komt goed uit nu ik wat last heb van mijn maag. Nooit eerder gehad, dat was altijd een ijzeren pot, maar blijkbaar heb ik op 25 september jl. iets verkeerds gegeten bij het sterrenrestaurant de S. Het is nog niet over en ik heb er zelfs voor het eerst sinds meer dan twee jaar eens naar laten kijken. Inmiddels heb ik een beeld van wat er aan de hand kan zijn en ga het rustig afwachten. Iets kalmer aan doen met eten kan vast geen kwaad.
Thuis wachtte de afwas. Het leek een hele berg maar als je er even voor gaat staan is het eigenlijk zo weg. Voor de eetgelegenheid had ik ook mijn woonkamer ontdaan van paperassen, en dat stond ook vanochtend wel zo vrolijk.

In feite had het de boel zo opgehelderd, dat ik ruimte had voor iets nieuws. Daarom besloot ik vandaag om met mijn 70e verjaardag weer een uitvoering van muziek te organiseren. Op zolder zocht ik naar het logboek van de uitvoering op mijn 50e verjaardag en jawel, ik vond iets. Waarschijnlijk is er nog een ander schrift ook, maar er lag een goed uitgewerkt draaiboekje van de te nemen stappen. Leuk om dat weer eens door te nemen. Ook de Lange Wandeling lag er nog intact en bescheiden te liggen. Wat een werk heb ik er aan gehad. Gastenlijsten gemaakt. Kaartjes ontworpen om de gasten welkom te heten. Zaal geregeld in de Woudkapel. Boekjes gedrukt en met de hand gebonden door Bea. Repetities georganiseerd. Een opname geregeld, CD hoes en boekje gemaakt. Gesproken met de lokale pers.

En nu eens zien of ik, in een rustiger tempo, het voor elkaar krijg om een tweede keer zo'n krachttoer neer te zetten. Eef gaat ook een rol spelen, hij wil graag een herhaling van een paar van de liederen van toen, uit de Lange Wandeling, maar dan wat beter opgezet. In onze winterslaap in Calpe gaan we er aan werken.

vrijdag 21 december 2018

Joelfeest

Op de dag van het Scandinavische Joelfeest (de langste nacht) werden we uitgenodigd om te eten bij R. maar die uitnodiging kwam te laat: ik kreeg zelf een Joelgast. Oude vriend en collega Menno kwam eten. Op zo'n dag sta ik vrij lang in de keuken, toch viel het me deze keer mee. Ik had alle inkopen al eerder gedaan en kon dus meteen aan de slag. Het menu was hert met een bospaddenstoelensaus met madeira, rodekool met appeltjes en kruidnagel, verse puree met wat kruiden. Valt mee, je moet wel logistiek de juiste volgorde aanhouden. Toch ben ik op zo'n dag best gespannen of het allemaal gaat lukken. Natuurlijk hoort ook het tafel dekken erbij. Glazen poetsen, bestek opwrijven, borden uitkiezen, passend feesttafelkleed neerleggen met de nodige versieringen daarbij. Koffie en thee vast klaarzetten. Lichtjes aan. Wijn ontkurken en chambreren. En dan mag de gast komen!

Het was een hele tijd geleden dat we samen met Menno hadden gegeten, toen bij hem thuis, en het was weer als vanouds gezelllig. Oude anekdotes van het werk kwamen voorbij, de muziek, kinderen en kleinkinderen, kortom, een fijne avond en iets om ooit weer eens te doen. Met Menno ga ik eens vaker naar muziekuitvoeringen; vinden we allebei leuk.

donderdag 20 december 2018

Een zuster van de overledene

Mijn familie van moederskant was behoorlijk gespleten, door de scheiding van opa en oma, hun ouders en dus mijn grootouders. Dat was in die tijd, jaren 1930, echt ongehoord, en helemaal in christelijke kring; zoiets deed je niet. Het ene deel van de kinderen koos dus voor moeder, mijn oma Dé, en het andere voor vader, mijn opa. Mijn moeder zat er een beetje tussenin: zij hield contact met beide ouders. Dat was in elk geval voor haar zus, mijn tante Ina, onverteerbaar. Ina was misschien wel mede door de scheiding bij oma blijven wonen, als een soort winkeldochter. Ze is ook nooit getrouwd en zorgde tot de dood van oma voor haar.
Er was een oudste zoon Frans; die is op de Waalsdorpervlakte geëxecuteerd, hij was beroepsmilitair en meldde zich vlak voor het einde van de oorlog na een oproep van de nog Duitse overheid. Dat had hij beter niet kunnen doen. Hij was net verloofd, een jonge man nog, en ligt nu in een oorlogsgraf. Dan had je Wim, dan mijn moeder, dan broer Jo, Ina en het nakomertje Henk. Over hem heb ik nog een anekdote aangehaald bij de begrafenis van mijn moeder. Zij was verpleegster, en Henk was 15 toen er een razzia in de straat plaatsvond. Henk was thuis en zou zeker zijn opgepakt. Toevallig was mijn moeder ook thuis, met verlof. Ze schoot haar uniform aan, rende naar beneden en riep dapper: Nicht hereinkommen, Scharlach Fieber! (roodvonk). Het was bekend dat Duitsers als de dood waren voor besmettelijke ziektes. En inderdaad, ze gingen het huis voorbij. Zo heeft mijn moeder haar broertje gered van arbeidsdienst of erger.

Het zal nu een jaar of 15 geleden zijn dat moeders broer Jo overleed. Moeder ging uiteraard naar de begrafenis. Ze was nogal een bemoeial en kon behoorlijk uit de hoogte zijn. Zo stond ze in de deuropening van de aula, om de gasten te begroeten - terwijl de zoon, schoondochter en schoonzoon van Jo er ook waren. Daar kwam een oudere dame aan. Mijn moeder: 'Dag mevrouw, ik ben een zuster van de overledene. En u?' waarop de aangesproken dame haar toevoegde: 'Ik ook.'

Voor wie dit verhaal een raadsel vindt: het betrof natuurlijk haar zuster, mijn tante Ina, die in mijn ogen als twee druppels water op mijn moeder leek. Ze hadden elkaar in minstens 20 jaar niet meer gezien of gesproken. Mocht er een kans op enige toenadering hebben geschuild in die begrafenis, dan was die op het moment van de 'begroeting' wel verkeken.
Tante Ina
Vandaag is het een jaar geleden dat mijn moeder stierf. 

woensdag 19 december 2018

Kunst uit eigen provincie

Ons dorp is een buurtvereniging rijk die nog echt door de buurt wordt getrokken: de WVT, ofwel Welzijnsvereniging Tuindorp. Deze vereniging wil liever niet afhankelijk zijn van de gemeente, want met de subsidie mee komt een heel pakket aan eisen waar ze in Tuindorp zo hun eigen mening over hebben. Daarom worden er regelmatig evenementen gehouden, zoals een grootse rommelverkoop. Die levert altijd een mooi bedrag op voor de Vereniging, zodat ze weer een poosje door kunnen. Het is ook een uitgelezen kans om je ouwe rotzooi te slijten. Daarvan heb ik afgelopen keer goed gebruik gemaakt.

Maar ook houden ze traditioneel elke Kerstvakantie een kunstbeurs, kunst uit eigen provincie. Daar zit ook veel goedbedoeld dilettantisme tussen natuurlijk, maar een enkel keertje kom je toch een pareltje tegen. Ik heb nog altijd spijt dat ik jaren geleden niet een prachtig klein stilleven heb gekocht, een keuls vaasje op tafel, waar iets heel intiems uit sprak. De kunstenares in kwestie is overleden, en de familie heeft toen alles wat ze had gemaakt zelf gehouden.
Wel heb ik vorig jaar een ander stilleven gekocht, niet zo krachtig als die hierboven, maar toch heel aardig, en precies in de kleuren van de slaapkamer: een vaas met bloesems. Die hangt er nu. Met ingang van vandaag is de beurs weer aan de gang, dus ik ga uiteraard even kijken wat onze provinciegenoten er dit jaar van hebben gebakken. Al is het maar om de WVT morele steun te geven voor de inspanningen die ze telkens weer doen.